In het voetspoor van Hadrianus

Een wandeltocht over de Engelse heuvels, robuuste brokken Romeinse geschiedenis en elke ochtend een full English breakfast: voor een vader die zijn kinderen zowel in het betere buitenleven als de Klassieke Oudheid wil trainen, is er geen betere bestemming denkbaar dan Hadrian’s Wall bij Newcastle. Henk Hanssen ging met zijn kinderen, Rosa (16) en IJsbrand (10), de uitdaging aan en ondernam een voettocht langs de Muur van Hadrianus. ‘We moeten terug, de berg weer op! We hebben geen keuze!’ Verslag van een barre tocht.

IJsbrand en Rosa op Hadrian's Wall

Woeste kliffen, moerasland en wijdse uitzichten richting Schotland: Hadrian’s Wall maakt zijn belofte helemaal waar.

Onverantwoordelijke onderneming
Is dit nog wel een spannend avontuur-met-vader of domweg een onverantwoordelijke onderneming? Het is even over vieren. We staan halverwege een rotsachtige heuvelketen die het landschap tussen Engeland en Schotland in tweeën splijt. Een stormwind giert naar beneden, overal om ons heen is het grijs en koud, rond het vriespunt. We hebben geen handschoenen, geen mutsen en gevoerde winterjassen, alleen petjes, fleece-truien en regenjacks. In het dal lonken de lichtjes van onze B&B – nog minstens anderhalf uur lopen, schat ik. Vijf minuten geleden heb ik voorgesteld een korte weg te nemen, om Hadrian’s Wall links te laten liggen en diagonaal op ons logeeradres af te lopen, dwars door de afgegraasde weilanden. Maar na een kwartier verbeten afdalen, bleek dat vluchtpad onbegaanbaar: we zakten weg in de diepe plassen tussen de grashompen, IJsbrand is tot aan zijn knieën in het moeras verdwenen. Met schoenen onder de blubber, bemodderde onderbenen en een jasje dat als tentdoek om zijn lijf heen klappert, staat hij voor me. Hij huilt, geen boos gegrom maar een aanhoudend gekerm. Ook Rosa, zelfs Rosa met wie ik al menig colletje heb bedwongen, zit er doorheen. Het arme kind roept al uren dat ze naar de wc moet. Aan mijn eerdere uitnodiging om de beschutting van een Romeins muurtje op te zoeken, heeft ze geen boodschap.
IJsbrand kijkt me hulpeloos aan.
‘Ik wil naar de B&B!’ roept hij over de brullende wind heen.
Ik wijs omhoog, in de richting van de oude keien.
‘We moeten terug, de berg weer op en het pad volgen. We hebben geen keuze.’
En daar gaan ze weer, de bikkels. Klimmend tegen de wind en de helling op.

Deze photoshop-montage laat zien hoe de muur er in ware grootte uit moet hebben gezien.

De ‘Chinese Muur van Europa’
Rome’s grootste grens, wordt ze genoemd, de meest spectaculaire ook, de meest raadselachtige volgens sommigen en ‘de Chinese Muur van Europa’ volgens de overdrijvers. Gebouwd tussen 117 en 138 na Christus, in opdracht van keizer Hadrianus. 24 miljoen stenen waren er voor nodig om een wal op te trekken die Britannia, de noordelijkste kolonie van het Romeinse Rijk, bescherming moest bieden tegen de barbaarse bergvolken uit Schotland. Ruim honderd jaar eerder had Julius Caesar al een vergeefse poging ondernomen om de Britten te onderwerpen maar hij werd teruggeslagen. Dát zou Hadrianus niet gebeuren. Niet dat er daar zoveel te halen was, tin, koper, lood, wat goud en zilver, meer niet. Engeland bood de Romeinen geen rijkdommen die ze niet elders in veel grotere hoeveelheden konden vinden. De grootste prijs lag dan ook niet onder de grond maar steeg er tot onaantastbare hoogten bovenuit: eer, prestige, de wetenschap dat er aan de buitenrand van de op dat moment bekende wereld een zee moest worden bedwongen en een groot eiland kon worden veroverd, verschafte de keizer een reputatie die tot eeuwen na zijn dood onaangetast bleef. Zie daar de reden dat Hadrianus drie legioenen van elk zevenduizend manschappen vrijmaakte om in deze vijandige omgeving een vier tot vijf meter hoge muur te metselen die het bezit van Britannia moest consolideren. Niet langs een rivier, een bergmassief of een andere natuurlijke grens, nee, met het disrespect voor praktische bezwaren dat alleenheersers eigen is, trok de keizer – die een grote passie koesterde voor architectuur, getuige ook zijn briljante ontwerp voor het Pantheon en zijn megalomane villa bij Rome – een zo kort mogelijke balsturige streep door het land. Exact daar moest-ie komen, een linie van precies tachtig Romeinse mijlen (117 kilometer) lang die de ene kust van Groot-Brittannië met de andere verbindt, van Newcastle aan de Noordzee tot Port Carlisle aan de Ierse Zee.

Hadrianus koesterde een grote passie voor architectuur, getuige ook zijn briljante ontwerp voor het Pantheon en zijn megalomane villa bij Rome.

Opperbouwmeester
Pas zeventienhonderd jaar later, tijdens de Industriële Revolutie, zouden er in dit gebied een vergelijkbare constructieactiviteiten te zien zijn. Achter een eindeloos lange houten palissade werden duizenden tenten voor de ambachtslieden neergezet, bewaakt door patrouilles die dag en nacht de omgeving uitkamden. Uit honderden vuurtjes van smeden en kalkbranders kringelde rook omhoog, de vegetatie werd verwijderd, opzichters spande een koord, er werd een smalle, met vlaggen gemarkeerde geul gegraven, ossenkarren brachten rotsblokken en kiezels omhoog waarmee een eerste fundering werd gelegd, in nabijgelegen afgravingen werden zandstenen blokken gehouwen die met specie van kalk, zand en water aan elkaar werden gehecht. Aan de Schotse kant van de muur werd een gracht gegraven, drie meter diep, zes meter breed, de Vallum die het tegenstanders onmogelijk moest maken ongezien de overkant te bereiken. In 122 kwam de grote opperbouwmeester zelf de vorderingen aanschouwen. Vanaf de kust van Britannia kon men Hadrianus al van ver zien aankomen, in zijn grote machtige trireem, de door roeiers en een purperen zeil met het gouden keizerlijk embleem voortbewogen oorlogsbodem die werd geëscorteerd door een scheepseskader van de Classis Britannica, de Romeinse Kanaalvloot. Hadrianus was op het hoogtepunt van zijn macht, zijn rijk strekte zich uit van de Tigris tot de Theems, van de Taag tot de Rijn, van de Nijl tot de Donau. Omgeven door lijfwachten, zijn hofhouding en een uitgekiende selectie van invloedrijke senatoren die hij meetroonde om zijn prestaties te aanschouwen (en intriges tijdig de kop in te kunnen drukken) kwam hij aan land, vermoedelijk bij Newcastle: in 1867 werd daar, in de monding van de rivier de Tyne, een gebutst wapenschild uit de tweede eeuw na Christus opgedregd, volgens de inscriptie eigendom van Junius Dubitatus, een legionair van het keizerlijke legioen VIII Augusta die het koperen pantser vermoedelijk in het water heeft laten vallen terwijl hij over de hoge kaap bij Tynemouth uitkeek.

Uitzicht DFDS Seaways

Gelukje bij de boeking van de ferry: de kajuit van onze cabine biedt uitzicht op het voorsteven van het schip!

Scheepsmotoren uit Germania
Geheel in stijl komen ook wij per schip aan om Hadrian’s Wall te inspecteren, al hebben de peddelende galeislaven het veld moeten ruimen voor vier scheepsmotoren uit Germania die met een kracht van 25.886 pk door het water stuwen. Aan boord van de Princess Seaways, de majestueuze ferryboot van DFDS Seaways waarmee we vanaf IJmuiden de Noordzee oversteken, staren we vanachter de hoge ramen van het Seven Seas-restaurant uit over de golven en zingen we in de Navigators Bar mee met de troubadour. Na aankomst in Newcastle nemen we het boemeltreintje naar Corbridge, een tussen de heuvels ingevouwen middeleeuws dorpje dat we bereiken via een wandeling over een oude stenen brug over de Tyne.

Pub The Angel Inn Corbridge

Even chillen in The Angel Inn in Corbridge.

Fauteuils met krakend leer
De witgepleisterde, in de prille voorjaarszon glinsterende gevel van The Angel Inn, een uit 1726 daterende herberg, trekt ons naar binnen. Omringd door een manshoge lambrisering puffen we uit op Chesterfield-fauteuils met krakend leer en verorberen preisoepjes en sandwiches met chorizo en rode uienmarmelade. En als Rosa en IJsbrand de sudoku uit The Chronicle hebben opgelost, gespen we de rugzakken weer om en trekken een paar kilometer verder, Main Street uit, de weilanden door, naar de resten van Coriosopitum, een curieuze verzameling resten van het fort dat de Romeinen in 85 bij Corbridge bouwden. Het moet er imposant uit hebben gezien, met een vestingmuur, graanschuren en barakken voor een vijfhonderd man sterke cavalerie die zich kond ontspannen in een badhuis met fontein maar, je hebt nu veel fantasie en vooral het uitstekende aanpalende museum nodig om de brokstukken tot leven te laten komen. En dat lukt wonderwel, dankzij vitrines met een scala aan gebruiksvoorwerpen, godenbeelden van Minerva en het pronkstuk, een in 1964 uit de modder opgetakeld harnas van groen koper en alle schakeringen van oranje verroest staal.

In Vindolanda is dankzij de anaerobe (zuurstofvrije) bodem een keur aan een goedbewaarde Romeinse schatten opgegraven.

Military Road
We zijn weliswaar op wandelvakantie maar omdat de Muur van Hadrianus teveel is voor de drie dagen die ons ter beschikking staan, smokkelen we af en toe met trein en taxi – voor de speciale hop-on hop-off bus die van Pasen tot eind september langs de route rijdt, is het helaas nog te vroeg in het seizoen. Terwijl we in zijn aftandse Ford door een vlak landschap jakkeren, vraagt IJsbrand aan chauffeur Guy of de vele muurtjes die de weiden doorkruisen ook bij Hadrian’s Wall horen. Guy schudt zijn hoofd en vertelt tot onze verbazing dat we óver de fameuze Wall rijden. ‘Deze weg, de Military Road, is in 1746 door een Engelse generaal aangelegd om de opstand van de Schotse Jacobieten te onderdrukken. Zij verzetten zich tegen jullie protestantse koning Willem III die, met steun van de Engelsen, de katholieke koning Jacobus de II van de troon had gestoten. Archeologisch gezien is de aanleg van deze weg natuurlijk een enorme blunder. Maar ach, daar dachten ze in die tijd nog niet over na. Met de stenen uit de muur zijn hier complete dorpen en zelfs abdijen gebouwd. Zie je die sloot daar?’
Guy knikt naar een brede, met gebladerte gevulde greppel die als een meetlat tegen de weg aanligt.
‘Dat is de Vallum, een aarden wal, ook aangelegd door de Romeinen. Als je daar een hengel uitgooit, kun je de beenderen van de slaven zo opvissen.’

Matfen Hall view

Wandelingetje door de schitterende tuin van Matfen Hall…

Hotel in Downton Abbey-sferen
Van de Romeinse tijd koersen 1900 jaar verder naar het in 1832 opgetrokken landhuis Matfen Hall waar we ons ongegeneerd laten onderdompelen in de sferen van het Britse kostuumdrama Downton Abbey. Net als in de tv-serie wordt ook deze mansion bestierd door een Sir Hugh, al heet deze Lord voluit geen Bonneville maar Blackett. Samen met zijn vrouw, Lady Anna, heeft Sir Hugh het ietwat verwaarloosde familiedomein dat decennialang onderdak bood aan een liefdadigheidsinstelling, geheel verbouwd tot een luxe resort, compleet met golfbaan, klimbos, fitness & wellness-ruimte en 53, persoonlijk door de vrouw des huizes ingerichte kamers waar Rosa en IJsbrand, eenmaal gearriveerd, razendsnel hun kleding verruilen voor zachte badjassen, slippers, zwembroek en bikini. Terwijl zij een paar uur in de spa spetteren, pak ik in de rugzakken in. Morgenochtend nog de lunchpakketten erbij stoppen en we zijn klaar voor de grote tocht. We worden geacht een kleine twintig kilometer te lopen, van het cavaleriefort bij Chesters, via de hooggelegen vesting bij Housesteads tot bij de uitgelezen selectie real ales van de Twice Brewed Inn.

IJsbrand als Sir in Matfen Hall

IJsbrand heeft er geen moeite mee zich in The Drawing Room van Matfen Hall als Sir IJsbrand te laten fotograferen.

‘A very grim plan indeed’
Maar, wanneer ik op onze kamer langs een paar tv-kanalen flipper, zie ik een weerkaart opdoemen met een werveling van pijltjes en uitgerekend de plek waar wij ons bevinden als epicentrum. Over de beloofde ‘sunny spells’ wordt niet meer gerept, de weervrouw spreekt van een ‘amber alert’ en een naderende storm. Mijn WeatherPro-app geeft vergelijkbare alarmsignalen af. Met de wandelkaart in de hand loop ik naar de receptie waar ik staande wordt gehouden door een echtpaar dat met lichte verbijstering naar mijn wandelschoenen staart: ‘Are you really planning to walk?’ Ik spreid de plattegrond voor hen uit en zeg dat ik er morgenochtend met twee jonge kinderen op uit wil trekken.
‘A very grim plan indeed. Irresponsible, if you ask us,’ luidt het ongezouten oordeel.
‘Maar we kunnen toch een taxi bellen of bij een huis aankloppen?’ probeer ik.
‘Je telefoon heeft daar geen bereik. It’s very remote.’
Na nog een blik op de groene vlakte van het Northumberland National Park waar de route doorheen klieft, besluit ik de route in te korten en morgen pas om twaalf uur te vertrekken – allerminst een straf, zo blijkt. IJsbrand heeft inmiddels ontdekt dat de obers buigen als knipmessen en met bekers warme chocolademelk en pannenkoeken met ahornsiroop komen aansnellen wanneer hij ze als ‘Sir’ aanspreekt, Rosa verwondert zich over de fijnzinnige bereiding van de eggs florentine – gepocheerde eieren op een bedje van gesauteerde spinazie en een zacht rond broodje – en ik waan me, met de ogen gesloten wegzakkend in The Library onder de in olieverf gestolde voorvaderen van de eigenaren, even Sir Henk, een Hollandse nazaat van Sir Hugh.

Dat er op het wapentuig van het Roman Army Museum van Vindolanda ‘Please do not touch’ staat, ontdekken we pas nadat IJsbrand iedereen er de stuipen mee op het lijf heeft gejaagd.

‘Good luck, kids’
High noon de volgende ochtend is het echt zover – we kunnen ons niet helemaal knock-out laten meppen door een stormpje. Chauffeur Guy zet ons een paar kilometer voor Housesteads af.
‘Good luck, kids,’ zegt hij met een lachje waaruit enige twijfel over mijn kwaliteiten als vader spreekt. Door een veld ploegen we tegen de wind in, naar een bovenop een heuvel gelegen boerderij. Ik klop op de deur en vraag, enigszins onnozel, de weg naar Hadrian’s Wall die pal achter het erf langs blijkt te lopen. Tot woede van IJsbrand slagen we er ondanks aanwijzingen van de boerin toch in om verkeerd te lopen. Een boer op een passerende tractor zet ons op het goede spoor, aanvankelijk lijkt de befaamde muurroute niet meer voor te stellen dan een baggerparcours door non-descripte bosschages, maar gauw genoeg komen we aan bij een open terrein en een traject van in gras verzonken keien. Verwonderd kijk ik voor me uit. Een slap ogend koord van antiek steen ligt over de hoogvlakte gedrapeerd, verrassend elegant, nauw aansluitend als een coupenaad. In de verte vervloeit het snoer met platte rogvormige mistsluiers die over de klif heen schuiven, dichterbij rijzen de stenen op tot een middelhoog muurtje. Hoe lang geleden ook, dit bouwwerk biedt nog altijd een gevoel van bescherming, een onbewust besef dat het beter is aan de binnenkant te staan dan daarbuiten, in die eindeloze Schotse vlakte waar donkere wolken elkaar opjagen.
‘Hoe ver is het nog naar de B&B?’
IJsbrand wekt me uit mijn mijmeringen. Geheel volgens de voorspelling is de regen in dunne sneeuwvlokken overgegaan. Rosa zegt dat naar de wc moet. Het is nog zeker drie uur lopen maar om de tocht voor hen zo dragelijk mogelijk te houden deel ik de route op in herkenningspunten.
‘We krijgen eerst een oud fort. Dan een hele mooie boom die tussen twee bergen in staat. En van daar is het nog een klein uur naar de B&B.’

Lunch bij latrine HallsteadsLunch bij latrine
Een half uur later leunen we bibberend tegen de fundamenten van een latrine bij Housesteads, tweeduizend jaar geleden beter bekend als Vercovicium. De behoorlijk geconserveerde resten van de op een hoge vulkanische uitstulping gelegen garnizoensplaats waar een detachement van de elite-eenheid VIII Augusta was gelegerd, geldt als een van hoogtepunten Hadrian’s Wall – wij naderen er het dieptepunt. Hoewel de lunchzakjes door de koks van Matfen Hall royaal gevuld zijn met sandwiches, chocorepen, zoutjes en druivensap, weigeren de kinderen ook maar een hap te nemen: ze zijn boos op pa en zijn onzalige plan om een voorjaarsvakantie besteden aan een trektocht in de bittere kou langs een partij oude keien. Ik probeer hen voor te houden dat ze er ondanks alles nog comfortabeler bijzitten dan de stakkers van soldaten die hier duizenden geleden wacht moest lopen waarna ze, met enige moeite, weer overeind komen en de weg vervolgen – de bikkels.

IJs en Rosa bij Sycamore Gap

Bij de Sycamore Gap, met de beroemde eenzame esdoorn als decor, persen de kinderen er nog een lachje uit.

Rillen voor beroemde esdoorn
Bij de Sycamore Gap, waar de bergrug wordt onderbroken door een frappante boogvormige inkeping, slagen ze er nog net in een lachje uit de lippen te persen, rillend voor de esdoorn die eeuwige roem heeft verworven als decor in de films Braveheart en Robin Hood, maar daarna zijn de energietankjes echt leeg. IJsbrand rent verbolgen vooruit maar keert al snel terug als een koe hem de stuipen op lijf jaagt. Een shortcut biedt geen soelaas. Met klompen van modder aan onze voeten, komen we eindelijk aan bij Twice Brewed Inn waar drie knisperende haarden en eigenaar Andy ons weer op temperatuur brengen met bier, warme chocolademelk en potatoe skins – krokante, in de schil gebakken aardappelschijfjes. De broeken verdwijnen in de wasmachine, de schoenen worden met oude kranten volgepropt en tegen zevenen verschijnen we in pyjama aan het diner.

Opgegraven uit de modder bij het fort van Corbridge: de resten van een Romeins harnas.

Doorboorde runderschedel
De volgende dag is de storm geluwd. Na een klassiek Northumberland cooked breakfast met bloedworst, champignons en huisgemaakte worst, dalen we af naar Vindolanda, een schitterend in een dal gelegen ruïne waar dankzij de anaerobe (zuurstofvrije) bodem een keur aan een goed bewaarde Romeinse schatten is opgegraven. Leren schoenen, gewaden van textiel en zelfs één millimeter dunne houten schrijftabletten met letterinkt die, eenmaal ontcijferd, een onthullend inkijkje geven in het alledaagse leven van de Romeinen en de burgers die om hen heen woonden. Gegrepen door wat ze ziet, wil Rosa zich direct aanmelden als vrijwilliger voor de archeologische expedities die de beherende stichting elke zomer organiseert terwijl IJsbrand van een museummedewerker een met gaten doorboorde runderschedel voorgehouden krijgt met de vraag of hij een idee heeft waar de holen door ontstaan kunnen zijn.
‘Kogels?’ oppert hij.
‘Nee, door speerpunten. De Romeinse soldaten oefenden hun worptechniek op koeienkoppen.’
Even verderop prijkt achter een glazen wand nog een schedel met een verhaal. Dit met geweld van de romp gescheiden hoofd is vlak voor de poort van het kamp opgediept, steunend op de molm van een stok waar het op was gespietst om vijanden af te schrikken. Gelukkig kan de horrorstory onze honger niet stillen. En ons gevoel voor humor evenmin: in de tearoom van het museum, waar we quiche en sandwiches verorberen, krijg ik de lachers op mijn hand door mijn scone, in de veronderstelling dat het marmelade is, te overladen met kleine rode bietbrokjes uit een schaaltje dat bij de quiche blijkt te horen.
‘Quite an odd combination,’ klinkt het naast me.

Bij de sfeervolle, ‘Harry Potter-herberg’ in Gilsland, worden we ontvangen met real ales en Sherperd’s Pie.

Harry Potter-herberg
Opgewekt pratend over schilden, speren en de vijftig kilo zware bepakking waarmee een Romeinse legionair vijf uur aan een stuk moest kunnen lopen, wandelen de kinderen een uurtje later voor me uit. We volgen een laatste stukje Hadrian’s Wall en komen via een kronkelpad uit in het dorpje Gilsland. Als IJsbrand boven de deur van een herberg een ouderwetse lantaarn uitnodigend ziet branden, roept hij: ‘Een Harry Potter-hotel!’ Enthousiast gaat hij als eerste bij The Samson Inn naar binnen waar we, na een hartige Sheperd’s Pie, al vroeg onder een heus synthetisch berenvel kruipen, kijkend naar een groot tv-scherm waarop – toeval bestaat niet – Harry Potter zijn kunsten vertoont.
‘Toch net zo leuk als de Romeinen, pap?’

Meer info
Je kunt natuurlijk vliegen naar Newcastle maar, zeker met de kinderen, is de ferryboat van DFDS die dagelijks tussen IJmuiden en Newcastle vaart de meest interessante optie, ook omdat je je auto kunt meenemen om na je wandeling langs de muur de Britse eilanden verder te verkennen. Reken op prijzen van ca. 90 euro per persoon, inclusief auto. Lezen? Ik heb verschillende boeken over Hadrian’s Wall uitgeplozen en ben het meest onder de indruk van The Wall, Rome’s Greatest Frontier geschreven door Alistair Moffat. Overigens vindt er dit jaar, tussen april en september, een groots re-enactment evenement plaats langs Hadrianus’ muur. Kijk op hadrianscavalry.co.uk voor alle achtergronden.